Saskia van der Meer

HOE ZIET JOUW WERKWEEK ER UIT?

“Vier dagen per week trek ik er rond vijf uur ‘s ochtends op uit met mijn tankwagen waarin 35.800 liter melk vervoerd kan worden. Ik haal de melk op bij de boeren en lever het af bij de coöperatieve zuivelfabriek Rouveen Kaasspecialiteiten. Zij verwerken meer dan dertig verschillende soorten melk, waaronder gangbare geitenmelk, biologische geitenmelk, koosjer geitenmelk, VLOG gecertificeerde geitenmelk, BGA geitenmelk en superkoosjer geitenmelk.

Ik rijd voornamelijk in het noordoosten van Nederland, maar af en toe ook op de Veluwe. Ik heb ook een tijdje van fabriek naar fabriek gereden maar dit past nóg beter bij mij. Tijdens de ritten op het platteland zie je veel meer van de omgeving en naast een praatje bij de fabriek maak ik nu ook regelmatig een praatje of krijg ik een rondleiding op het boerenbedrijf. Dat kan ook omdat er in de Rijdende Melk Ontvangst weinig tijdsdruk is. Gehaast rijden kan gewoonweg niet met zo’n zware wagen op die kleine boerenweggetjes.

WAAROM HEB JE VOOR DIT WERK GEKOZEN?

“Omdat ik vroeger met mijn ex-man een transportbedrijf had, heb ik de benodigde rijbewijzen gehaald om bij te kunnen springen. Ik bleek het rijden super leuk te vinden! Toen ik op zoek was naar een baan in loondienst zeiden mensen in mijn omgeving dat ik van het rijden best mijn werk zou kunnen maken. Nu kan ik me niet meer voorstellen iedere dag tussen vier muren te moeten werken. De vrijheid, veel buiten zijn en niemand die je op de vingers kijkt; ik wil niet meer anders. Van mijn flexibele werkgever mag ik mijn tijd zelf indelen. Ik vertrek bewust vroeg zodat ik lange dagen kan maken en ook veel tijd door kan brengen met mijn twee kinderen. De appel valt niet ver van de boom; mijn zoon van 17 heeft ook besloten een chauffeursopleiding te gaan doen.”

WAT IS BELANGRIJK IN JOUW WERK?

“Het is heel belangrijk dat je je tijdens het rijden niet op laat jagen en rustig blijft. Ook hygiënisch en netjes werken is belangrijk. Dat is uiteraard vanzelfsprekend bij het werken met voedingsmiddelen, maar omdat je verschillende soorten melk ophaalt die niet door elkaar mogen komen is het éxtra opletten. Iedere keer dat de melk wordt opgehaald worden er kwaliteitsmonsters genomen.

Ik houd van dieren, het platteland en kan goed met de melkveehouders overweg. Ook dat helpt in dit beroep. Omdat vrouwelijke melkrijders in de minderheid zijn keek men in het begin soms wat raar op als ik aan kwam rijden, maar over het algemeen is iedereen positief verrast. Fysiek is het werk niet zwaar. Je sluit de slang aan op de wagen, pompt de melk erin en klaar is Kees. Je ziet dat steeds meer vrouwen dit werk gaan doen!”